Kunst 25-jarig regeringsjubileum, 1923

De zilverfabriek op de Karpervijver in de weer om ter herinnering aan het regeringsjubileum iets fraais te leveren

R.P.M. Rhoen

Links: Portret van koningin Wilhelmina en ‘DeHollandse Tuin’, hulde aan koningin Wilhelmina. Collectie Stichting De ZilverKamer Zeist.
Rechts: 'De Wijsheid vaart het schip van Staat', herinnering aan het regeringsbeleid tijdens de Eerste Wereldoorlog. Collectie Stichting De ZilverKamer Zeist.


Stichting De ZilverKamer Zeist heeft In oktober 2021 twee zilveren door J.C. Wienecke ontworpen plaquettes ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van koningin Wilhelmina in 1923, gemonteerd op palissander en gezet in een lijst van palissander volgens ontwerp van C.A. Lion Cachet, in een beperkte oplage vervaardigd in de N.V. Nederlandsche Fabriek van Gouden en Zilveren Werken voorheen J.A.A. Gerritsen en in de handel gebracht door de Maatschappij tot Exploitatie van Herinnerings-Medailles en Plaquettes te Zeist, verworven.

Het Nieuws van den Dag schreef op 6 februari 1923 dat deze plaquettes tot het beste werk van Wienecke behoorden en in het algemeen tot het beste wat in ons land in de laatste jaren aan medailleurkunst was gemaakt.

De betekenis voor de Stichting van deze aanwinst is te vergelijken met de huwelijksportretten van Marten Soolmans en Oopjen Coppit door Rembrandt voor het Rijksmuseum en het Louvre.

Zij vormen een schakel in de productenlijn van deze eerste Zeister zilverfabriek - naast gebruiksvoorwerpen ook artistieke producten - en tonen groot werk in zilver van Wienecke uit zijn Zeister periode (1904-1923).

Zie over J.C. Wienecke onder andere de artikelen ‘De Vredesplaquette van J.C. Wienecke’ en ‘Medailleur en stempelsnijder Johannes Cornelis Wienecke (1872-1945) en Zeist’ op de site www.zilverkamerzeist.nl


Jubileumkunst en Oranje-souvenirs uit 1923

In 1923 zat koningin Wilhelmina (1880-1962) 25 jaar op de troon. In heel het land werd haar zilveren regeringsjubileum gevierd. De officiële feestelijkheden in haar aanwezigheid begonnen op haar verjaardag vrijdag 31 augustus in Den Haag. Van 5 tot en met 8 september bracht zij een vierdaags bezoek aan Amsterdam. In de hoofdstad was zij op 6 september 1898 in de Nieuwe Kerk ingehuldigd. Het nationale feest werd afgesloten op 21 september met een plechtige bijeenkomst in de Nieuwe Kerk in Delft. Het nationale geschenk was de restauratie van het koor van deze kerk, waar zich het praalgraf van Willem van Oranje bevindt.

Ingekleurde staatsiefoto van koningin Wilhelmina, herfst 1922. Fotocollectie RVD / Koninklijk Huis. Fotograaf Franz Ziegler. Archiefnummer 2.24.26. Bestanddeelnummer 011-1346.

Bij gelegenheid van dit koninklijke feest werd veel jubileumkunst en vele Oranje-souvenirs op de markt gebracht.

Discipulus Apollinis - pseudoniem voor Willem Hendrik ten Hoet Parson (1896-?), schrijver en uitgever - definieerde jubileumkunst als: ‘Voorwerpen van kunst of kunstnijverheid ontworpen en vervaardigd ter blijvende herinnering aan het Zilveren Regeeringsjubileum van H.M. de Koningin’.

Jubileumkunst moest men zoeken in het duurdere segment en Oranje-souvenirs in het goedkopere segment. Het is geen diskwalificatie van Oranje-souvenirs. Hij zei daarover in 1923: ‘Er valt nog extra op te merken dat over het algemeen ook de goedkoopere jubileumartikelen mooi zijn, doordat ook de grootste fabrieken zich er op toeleggen ook voor hen die geen groote bedragen besteden kunnen iets aardigs te maken. Voor enkele guldens soms voor nog minder zijn er reeds mooie stukken te verkrijgen (…).’

In het geïllustreerde maandblad Op de hoogte beschreef Discipulus Apollinis in het juni-nummer en in het augustus-nummer van 1923 uitvoerig de jubileumkunst uit de hieronder genoemde fabrieken en ateliers.

  1. Handtapijtknoperij ‘Kinheim’, onder leiding van mw. C. Polvliet van Hoogstraten (1882-1966), Beverwijk: wandtapijt naar ontwerp van Dirk Verstraten (1892-1946), beperkt aantal.
  2. Koninklijke Delftsch Aardewerkfabriek ‘De Porceleyne Fles’, Delft: vijf borden, een tegel en een vijfdelig kaststel naar ontwerp van L.J. Senf (1860-1940); twee borden in een beperkte oplage (afbeelding hieronder).
  1. Kunstaardewerkfabriek ‘Regina’, Gouda: vijf borden en twee bekers; speciaal jubileumdecor voor andere sierproducten.
  2. Plateelbakkerij ‘Ivora’, Gouda: bord naar ontwerp van P. Woerlee (1886-1966); zie ook onder Firma A. Driessen.
  3. Plateelbakkerij ‘Zuid-Holland’, Gouda: zes borden en een serie van zes verschillende, bij elkaar behorende bordjes; speciaal jubileumdecor voor andere sierproducten.
  4. Japan en China Import Maatschappij, Groningen: porseleinen bord en vazen en zijden doeken vervaardigd in Japan; beperkte oplage.
  5. Glasfabriek ‘Leerdam’, Leerdam: drie bekers naar ontwerp van A.D. Copier (1901-1991).
  6. Kristal-, Glas- en Aardewerkfabrieken ‘De Sphinx’ v/h Petrus Regout & Co., Maastricht: kristallen en aardewerk beker naar ontwerp van J.H. Lint (1889-1956), bord naar ontwerp van jhr. J.M.L. Graafland (1850-1925).
  7. Porcelein en muurtegelfabriek ‘Mosa’, Maastricht: meerdere borden en een plaquette.
  8. Societé Céramique, Maastricht: bord naar ontwerp van G.A.H. van der Stok (1870-1946); in opdracht van het Comité voor de luisterrijke viering van de 25-jarige Regeering van Hare Majesteit de Koningin te ’s-Gravenhage; beperkte oplage.
  9. Firma A. Driessen, chocoladefabriek, Rotterdam: bonbonnière naar ontwerp van J. Gidding (1887-1955); vervaardigd door Plateelbakkerij ‘Ivora’ te Gouda; beperkte oplage.
  10. Plateelbakkerij ‘Schoonhoven’, Schoonhoven: serie artikelen waaronder een bord; bord in beperkte oplage.
  11. Kunstaardewerkfabriek E.J. Martin, Zeist: terracotta plaquette naar ontwerp van J.C. Wienecke.
  12. Gero-fabriek, Zeist: tinnen bord naar ontwerp van C.J. van der Hoef (1875-1933)(afbeelding hieronder).

Niet genoemd door Discipulus Apollinis zijn twee herdenkingsstukken met een Zeister accent, waarover De Zeister Courant op 23 juni berichtte. ‘Onze vroegere plaatsgenoot, de Heer Kwak, gewezen onder-directeur der N.V. Zeister Koperfabriek, heeft een jubileums-plaquette en -wandbord ontworpen. De plaquette vertoont in het midden de beeltenis van H.M. de Koningin, geflankeerd door gestyleerden palmtak en Oranjeboom. Het bronzen wandbord beeldt het schip van Staat uit, waarop de Ned. Maagd aan het roer en aan hare voeten de Nederl. Leeuw. In het schip, dat kampt tegen de woeste golven is de tegenspoed gesymboliseerd. Plaquette en wandbord zien er goed uit en zullen hun afnemers wel vinden.’

De jubileumkunst van de N.V. Nederlandsche Fabriek van Gouden en Zilveren Werken voorheen J.A.A. Gerritsen

Ter herinnering aan het regeringsjubileum van koningin Wilhelmina bracht deze Zeister zilverfabriek in 1923 vijf verschillende producten op de markt, te weten vier plaquettes, een penning, een beker, zes insignes en twee broches. De ontwerpen hiervan waren van drie bekende Nederlandse kunstenaars: Carel Adolp Lion Cachet (1864-1945), Tjipke Tebbes Visser (1876-1955) en Johannes Cornelis Wienecke (1872-1945).

Met Lion Cachet had het bedrijf in 1901 al samengewerkt bij het uitbrengen van een gedenkpenning bij het huwelijk van koningin Wilhelmina en prins Hendrik.

De feestelijkheden namen eind augustus dat jaar een aanvang. Met het ontwerpen en produceren werd ruim een jaar ervoor - misschien nog wel eerder - begonnen, want aan het begin van het jaar waren de penning, de insignes en de broches al in een winkel in Amersfoort te bewonderen en De Standaard schreef op 3 februari: ‘Ook nu weer zijn wij in de gelegenheid eenige zijner [Wienecke, Rh] beste kunstwerken gade te slaan.’

Boven - Cornelis Wienecke (1872-1945. Linksonder - Carel Adolp Lion Cachet (1864-1945). Rechtsonder - Tjipke Tebbes Visser (1876-1955).

Plaquettes

De Nederlandsche Fabriek van Gouden en Zilveren Werken voorheen J.A.A. Gerritsen pakte letterlijk groot uit met haar vier ingelijste herdenkingsplaquettes, in reliëf, achter glas. Het is eigenlijk een kwartet bestaande uit twee grote en twee kleine. De maat van de lijst van de grote plaquettes is 50 x 67 cm (b x h), met een lichte afwijking per exemplaar.

Daarnaast was een losse plaquette van brons met de forse afmeting 38,5 x 51 cm, met ophang- oog, verkrijgbaar. Het grootste aardewerk herdenkingsbord had ‘slechts’ een diameter van 40 cm.

Het was de verwachting dat de grote exemplaren door de plaatselijke feestcommissies als blijvende herinnering aan dit regeringsjubileum aan de gemeentebesturen zou worden aangeboden om in het raadhuis op te hangen, maar ook in andere openbare gebouwen als consulaten en gezantschapsgebouwen en door kunstliefhebbers zouden worden gekocht. Anno 2022 zal men deze plaquettes haast alleen in musea aantreffen.

Aan de burgemeester van Zeist, baron Van Tuyll van Serooskerken, werden op 31 augustus door de voorzitter van het feestcomité twee bronzen plaquettes - waarschijnlijk de grote modellen - in lijst aangeboden om in het raadhuis op te hangen. Dergelijke objecten kregen vaak een plek in de burgemeesterskamer.

De in 1923 aangeboden jubileumplaquettes bevinden zich al tientallen jaren niet meer in het bezit van de gemeente Zeist.


De eenzijdige plaquettes waren in zilver eerste gehalte (925/1000) en in brons verkrijgbaar. De plaquette heeft lange tijd in veel openbare gebouwen aan de wand gehangen. Bovendien baarde hij in de penningwereld destijds opzien als grootste plaquette tot dan toe, die ooit langs een galvanoplastisch procédé was verkregen. Een galvano, zoals een dergelijke plaquette ook wel wordt genoemd, is een zeer nauwkeurige kopie, vervaardigd door middel van een elektrolytisch proces. Van het origineel wordt een afdruk gemaakt in een plastisch materiaal waarna de ontstane holtes worden opgevuld met een dunne laag grafiet. Het grafiet wordt als een kathode verbonden aan een spanningsbron en wordt in een oplossing van koperzout gebracht. Het koper zet zich af op de holle vorm. Wanneer deze dik genoeg is, is de kopie klaar. Zo zijn kopieën van zowel de voor- als keerzijde ontstaan die op elkaar worden gesoldeerd. Een galvano is goedkoper dan een bronzen plaquette. Ze zijn goed van elkaar te onderscheiden. De galvano is dunner en is heeft een afwijkende, iets groenige, kleur vanwege het gebruik van koperzout.’ Bron: Johannes Cornelis Wienecke, 1872-1945. Medailleur en stempelsnijder (2017).

In zilver werden slechts vijftig genummerde exemplaren van elke plaquette vervaardigd. In brons was de oplage groter, maar ook deze werden voor een deel genummerd.

Op een foto uit 1934 is te zien dat in de controlekamer van zilverfabriek Gerritsen op de Karpervijver een exemplaar van de plaquette ‘De Hollandse tuin’ in zilver hing. Dat doet vermoeden dat niet alle zilveren plaquetten verkocht werden. Collectie Stichting De ZilverKamer Zeist.

Volgens De Preanger-Bode van 19 maart zaten de zilveren plaquettes in een ebbenhouten lijst en de bronzen plaquettes in een eikenhouten lijst. Op de site van mr. F.J. Haffmans Kunst en Antiekhandel te Utrecht (geraadpleegd 1 januari 2022) staat een bronzen plaquette op een originele zwarthouten lijst afgebeeld. Die lijst is dus blijkbaar van eikenhout.

Gezegd werd dat de lijst ontworpen was door Lion Cachet. Het profiel van de lijsten van de grote plaquettes verschilt echter met dat van de kleine plaquettes en ook met dat van de eikenhoutenlijsten. Schijnbaar heeft hij drie verschillende lijsten ontworpen.

De twee plaquettes in bezit van de Stichting zijn gemonteerd op palissander en gezet in een lijst van palissander volgens ontwerp van Lion Cachet voor de grote plaquettes. Zowel Discipulus Apollinis als de kranten schreven in februari niet over palissander. De keuze voor dat houtsoort moet in de loop van 1923 zijn gemaakt.

Een stijlverschil tussen de ebbenhouten en palissander lijsten met de eikenhouten is dat de eerste twee scherpe lijsten hoeken hebben en de eikenhouten afgeronde hoeken.

De grote exemplaren werden op ebbenhout, palissander of eikenhout gemonteerd, waardoor de plaquettes tegen die achtergrond extra fraai uitkwamen. De kleine exemplaren werden daarentegen in de lijst geplaatst en kregen door het model van de lijst juist diepte.

Mogelijk is het gebruikte houtsoort voor de lijst de oorzaak van de kleine verschillen in de afmetingen. In 1923 werd opgegeven dat de afmetingen van de grote lijsten van ebbenhout 51 x 67 cm was. Van de palissander lijsten meet een 50,5 x 67 cm en de ander 50,5 x 67,5 cm. In ‘Zeist Zilver Werken’ (2004) p. 109 wordt opgegeven dat de afmetingen van de afgebeelde plaquettes 51 x 68 cm waren. Haffman vermeldt 50 x 68 cm.

Dergelijke verschillen gelden ook voor de plaquettes. De Standaard van 3 februari geeft als afmetingen voor de grote 24 x 40 cm. Van de twee zilveren exemplaren van de Stichting zijn deze echter 26,3 x 41 cm en 26,5 x 41,5 cm.

Haffmans bronzen plaquette, genummerd 25, is 26 x 39 cm, de op catawiki aangeboden bronzen, genummerd 35, is 25 x 40 cm en het exemplaar van de Stichting, ongenummerd, 25,6 x 40,3 cm. Een bronzen exemplaar weegt circa 2 kg.


Op de houten rugzijde werd een metalen naamplaatje bevestigd met ‘Nederl. Fabriek | van Gouden en Zilveren Werken | v/h J.A.A. Gerritsen, Zeist | Hofleverancier van H.M. de Koningin’ en de koninklijke kroon. Dit predicaat werd in 1902 aan de onderneming verleend.

Deze plaquette is bedoeld om hulde te brengen aan koningin Wilhelmina. Ze is samengesteld uit twee delen. Boven een achthoekig medaillon met het - enigszins geïdealiseerd - borstbeeld van koningin Wilhelmina naar links met oranjetakken in het haar, een parelcollier om haar hals en de kraag van een hermelijnen mantel met het rondschrift WILHELMINA KONINGIN.

Daaronder De Hollandse Tuin, een allegorische voorstelling van het goed verdedigde Hollandse gebied, afgebeeld als een omheining (tuin). Een beeld dat tijdens de Republiek der Verenigde Nederlanden (1568-1795) en na het ontstaan van het Koninkrijk (1813) tot in het eerste kwart van de twintigste eeuw in de kunst graag werd gebruikt. De tuin is beplant met elf oranjebomen en daarboven steken elf vlaggenmasten uit, die met elkaar verbonden zijn door slingers, waaraan wapenborden hangen en in de top wapperen wimpels.

De tuin is omgeven door een gevlochten tenen omheining. Aan weerszijden van de toegangspoort staan twee pijlenbundels, zogenaamde lictoren, als symbool van het recht. Op de poort de Nederlandse pijlenbundel. De Tuin staat hecht en sterk op een harstenen fundering. De wilde golven, als symbool van moeilijke tijden, slaan hiertegen uit elkaar.

Tussen het medaillon en De Hollandse Tuin de inscriptie: 1898 6 SEPTEMBER 1923.

De plaquette is rechthoekig van vorm met gecontourneerde gebogen bovenzijde versierd met oranjetakken met vruchten en bloem. De afmetingen zijn 26,3 x 41 cm en van de bijbehorende lijst 50,5 x 67,5 cm (b x h). Genummerd 12.

Het medaillon werd ook los op de markt gebracht. Diameter 16,5 cm. Met ophangring.

Groot formaat bronzen plaquette in een zwarthouten eiken lijst. Afmeting van de plaquette 26 x 39 cm en van de lijst 50 x 68 cm.

Links - Portret van koningin Wilhelmina en ‘De Hollandse Tuin’, hulde aan koningin Wilhelmina; ongenummerd; brons; 25,6 x 40,3 cm; niet ingelijst. Schenking van W. van Veluw BV, Zeist. Collectie Stichting De Zilver-Kamer, Zeist.
Rechts - Portret van koningin Wilhelmina en ‘De Hollandse tuin’, hulde aan koningin Wilhelmina; ongenummerd; brons; 25,6 x 40,3 cm. In 2021 in een perenhouten lijst geplaatst; 40 x 57 cm door Frans van den Oever Meubelrestauratie, Ravenswaaij. Collectie Stichting De ZilverKamer Zeist.

Op deze plaquette wordt het regeringsbeleid tijdens de Eerste Wereldoorlog uitgebeeld, waarin Nederland neutraal bleef. De Staat die voorgesteld wordt als een te besturen schip, is een beeldspraak die teruggaat op de oude Grieken. Het schip, bestuurd door de Wijsheid, vaart ondanks het noodweer veilig voorbij de klippen. In het midden het medaillon met het naar links zeilende Nederlandse Schip van Staat. Het zeil staat bol door de wind. De zeven roeispanen aan bakboord symboliseren dat het schip zonder wind ook kan varen. Het anker op de boeg is het symbool van hoop. In de top van de mast het kraaiennest, de uitkijkplaats. Woest beuken de golven op het schip en een bliksemschicht schiet uit de voorbij jagende wolken. Eikentakken, symbool van de burgerdeugd, omkransen het medaillon. In het bovenstuk het Rijkswapen en de wapens van de elf provincies.
Groot formaat bronzen plaquette, zonder lijst. Afmeting van de plaquette 25,5 x 40,3 cm; gewicht 1,98 kg. Rechts - De zilveren plaquette, herkenbaar aan de kleur, de keuren linksonder op de rand en de naam van de ontwerper rechts op de rand.

Aan de onderkant terzijde van het medaillon de jaartallen 1914 en 1919 - het beginjaar van de oorlog en het jaar waarin de vrede werd gesloten - en daaronder in kapitalen de inscriptie: HET REGEERINGSBELEID | DANKBAAR GEHULDIGD.

De plaquette is rechthoekig van vorm met gecontourneerde gebogen bovenzijde versierd met een olijftak, symbool van de vrede. De afmetingen zijn 26,5 x 41,5 cm en van de bijbehorende lijst 50,5 x 67 cm (b x h).
Genummerd 12.

Klein formaat bronzen plaquette, zonder lijst, met ophangoog. Rechthoekig. Afmeting van de plaquette 21 x 16,3 cm. Genummerd 44. Collectie Museum Rotterdam, inventarisnummer 35915.

Van de twee kleine plaquettes vertoont een eveneens het Nederlandse Schip van Staat, maar met meer details. De reling bestaat uit gevlochten tenen en verwijst daarmee naar de omheining van De Hollandse Tuin. Op het zeil een pijlenbundel van zeven pijlen, zinnebeeld van de gezamenlijke kracht en ook de leeuw in het Rijkswapen draagt een pijlenbundel. Als boegbeeld Pallas Athene, de Griekse godin van de wijsheid, krijgskunst en vrede. Terzijde van het boegbeeld het anker, het symbool van hoop. Op de voorplecht meerdere manspersonen wuivend met palmtakken. Aan voor- en achtersteven wappert de Nederlandse vlag. Aan de mast de standaardvlag van de koningin. Aan het roer koningin Wilhelmina, voorgesteld als de figuur in koningsmantel. Zij weet het naar links zeilende schip langs de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog, weergegeven als natuurgeweld, veilig de haven binnen te varen. Het schip is versierd met bloemslingers. De oorlogsjaartallen 1914 en 1919 zijn in de bovenhoeken aangebracht.

Klein formaat bronzen plaquette in originele zwart houten lijst, met ophangoog. Rechthoekig. Afmeting van de plaquette 21 x 16 cm. Genummerd 102.

De tweede kleine plaquette toont weer De Hollandse Tuin, nu versierd met het Nederlandse Rijkswapen. In de tuin groeit welig het graan, symboliserende dat in de oorlogsjaren 1914-1918 Nederland bevrijd is gebleven van de rampen, die de oorlogvoerende landen troffen. Vlammende puinhopen, een door bommen geschonden begraafplaats en door een verbrijzelde wetstafel met kronkelende slang - tekenen van het schenden van de wetten en van verraad – stellen die rampen voor. Met het opschrift: HET REGEERINGSBELEID DANKBAAR GEHULDIGD.

De twee kleine plaquettes werden ook als penning in zilver uitgebracht. Afmetingen 8 x 6,1 cm.

Op het thema van De Hollandse Tuin voortbedurend heeft Wienecke een plaquette in relief ontworpen met in een medaillon het hoofd van koningin Wilhelmina naar links, geplaatst boven De Hollandse Tuin, en het opschrift WILHELMINA | 6 SEPTEMBER | 1898-1923, die in terracotta werd uigevoerd door de Kunstaardewerkfabriek van E.J. Martin aan de Lageweg in Zeist. Deze plaquette was 20 cm hoog.

Gedenkpenning

Sporthandel Grootendorst in Amersfoort toonde in de etalage van haar winkel in de Langestraat in januari al de penning, de insignes en de broches. Waarschijnlijk lagen zij ook in andere Nederlandse winkels. Men zal die set niet exclusief aan die Amersfoortse winkel beschikbaar hebben gesteld.

Tussen 26 januari en 26 februari werd hierover bericht door minstens 29 landelijke, regionale en plaatselijke kranten. In maart kwamen daar nog vier krantentitels bij. Zij hadden niet alleen schriftelijke informatie gekregen van de fabriek - dat blijkt vaak uit de redactie van de artikelen - maar ook een bronzen exemplaar van de penning en de insignes met de broches toegestuurd gekregen.

Links - Voorzijde - Hoofd van koningin Wilhelmina naar links met diadeem; rondschrift WILHELMINA KONINGIN; gesigneerd TJIPKE VISSER; zilver; 60 mm. Rechts - Keerzijde - Een vruchtdragende oranjeboom, waarachter de half opgekomen zon en aan weerszijden van de stam 1898 1923.


De door Visser ontworpen penning werd geslagen als legpenning in goud, zilver en brons ter grootte van 60 mm en 40 mm. Als draagpenning voor schoolkinderen in goud, verzilverd brons en brons ter grootte van 26 mm.

Discipulus Apollinis: ‘In groote soberheid heeft Tjipke Visser het gelaat van onzen Vorstin in beeld gebracht. Scherp is de omlijning van het naar links gewende profiel. Strak sluit het haar om het hoofd, waardoor de voorhoofdlijn en die van den haartooi vrijwel zonder onderbreking in elkaar overgaan. Alleen het kroontje, dat H.M. draagt, springt iets naar voren. Ter linker en ter rechter zijde van de beeltenis staan de woorden: Wilhelmina Koningin als randschrift gevormd uit mooie, kloeke letters. Op den kraag van den hermelijnen mantel, die gedeeltelijk den hals bedekt, teekende de modelleur zijn naam voluit.

Aanvullend hierop uit De Amsterdammer van 7 februari: ‘De beeltenaar onzer Koningin is treffend: de ietwat stroef-ernstige trek, zich plooiend om den mond, geeft het gelaat dat verhevene, wat gaarne gezien wordt in de draagster van het gezag.

Alle kranten lieten zich positief over de ‘zoo eenvoudig mogelijk gehouden’ penning uit. Alleen de penningkundige Willem K.F. Zwierzina (1862-1942) was negatief. In ‘Het Zilveren Getij. Gedenkboek uitgegeven bij het 25-jarig huwelijk van H.M. Koningin Wilhelmina’ (1926) schrijft hij: ‘Tenslotte een penning van Gerritsen door Tjipke Visser. H.M.’s linksgewend borstbeeld, dat het veld niet bepaald mooi vult en in de haarpartij zeer duidelijk den kop van een ouden visscher doet zien - een toespeling op den naam van den beeldhouwer? De Kz. Vertoont een vrij nuchter aandoenden boom met vruchten, op den achtergrond opgaande zon terzijden de jaartallen 1898 en 1923, een goed bewijs voor de oude stelling, dat een zeer bekwaam beeldhouwer daarom nog geen goed medailleur is.’

De keerzijde van de jubileumpenning werd na 1923 gewijzigd in inscriptieruimte met rand van eiken-en lauriertak. Verzilverd brons. Diameter 60 mm. Rechts - De penning werd ook als draagpenning verkocht. Verzilverd brons. Diameter 26,3 mm.


Insignes en broches

Lion Cachet ontwierp een zestal verschillende geëmailleerde insignes - emaille op zilver - waarvan enkele modellen als broche uitgevoerd werden. Zoals al bij de gedenkpenning werd vermeld, lagen in de etalage van Sporthandel Grootendorst in Amersfoort al in januari naast de penning de andere herinneringstukken.

De kranten ontvingen een foto van de insignes en broches, maar hebben die niet in hun krant afgebeeld. Soms werd een korte beschrijving ervan opgenomen.

Op een insigne en een broche stond een oranjeboom afgebeeld met de jaartallen 1898 en 1923.
Een andere uitvoering was een vijfbladig bloempje in de nationale kleuren, waarin het rood domineert, op een oranjekleurige ondergrond van matvlechtwerk en dat omgeven werd door de woorden ‘Oranje 1898-1923 Nederland’. De Amsterdammer op 7 februari: ‘Dit is iets artistieks, iets fijns zooals wij alleen van dezen kunstenaar-ontwerper mogen verwachten.

Een andere beschrijving van een set is een rond oranje gekleurd plaatje waarop een viooltje in rood, wit en blauw en als opschrift ‘Oranje Nederland 1898-1923’. De Delftsche Courant op 8 februari: ‘Ook dit is een frisch werk, levendig van goed gecombineerde kleuren en duidelijk sprekend van teekening.

Op een ander insigne stonden twee gekruiste vlaggen afgebeeld.

Mogelijk naar een ontwerp van C.A. Lion Cachet.

Als voordeel van de geëmailleerde insignes en broches werd genoemd dat ze niet vuil werden in tegenstelling tot de oranje zijden strikjes, rozetten en knoopjes. Bij een volgend Oranjefeest waren de modellen zonder verwijzing naar het feest in 1923 weer te gebruiken. De prijzen waren bewust laag gehouden, zodat velen zich deze versieringen konden permitteren. Een broche kostte 50 cent en een insigne 35 cent. De feestcommissies die de schoolkinderen daarmee wilden verblijden konden reductie op die prijzen krijgen.

Jubileumbeker

Medio juni werd het assortiment herinneringsstukken uitgebreid met een zilveren jubileumbeker.

Ondanks het feit dat er honderd stuks zijn gemaakt van de beker heeft Stichting De Zilver-Kamer er niet een kunnen opsporen. Misschien kan een van de lezers De Stichting hiermee helpen.


De hoogte van de beker was 320 millimeter, een kloek formaat. De kelk werd aan de bovenzijde afgesloten door een bewerkte rand met daarin tegenover elkaar twee medaillons. Op een hiervan het borstbeeld van koningin Wilhelmina naar links met oranjetakken in het haar en parelcollier, naar ontwerp van Wienecke op de plaquette ‘De Hollandse tuin’. Op het andere een volop vruchtdragende oranjeboom, waarachter de half opgekomen zon en aan weerszijden van de stam de jaartallen 1898 en 1923, naar ontwerp van Visser voor de keerzijde van de gedenkpenning. Op de rand van de medaillons vruchtdragende eikentakken, symbool van burgertrouw. Het deksel en de voet waren versierd met een rand van oranjebloesem. Boven op het deksel de koninklijke kroon.

De oplage was beperkt tot maximaal honderd stuks. Daarom mag worden aangenomen dat de beker van het eerste gehalte (925/1000) was. De prijs zal hoog geweest zijn, maar het aantal was gering. Bij verzamelaars waren de stukken die slechts in beperkte hoeveelheid werden vervaardigd in trek.

De kranten ontvingen van de beker een foto, maar deze werd net als bij de andere herinneringsstukken niet geplaatst.

Borstbeeld van koningin Wilhelmina naar links met oranjetakken in het haar en parelcollier, naar ontwerp van J.C. Wienecke op de plaquette ‘De Hollandse tuin’, 1923.

Bronnen


De volgende artikelen zijn gevonden op — www.delpher.nl

  1. Discipulus Apollinis, Plaquettes en medaille van Wienecke als blijvend aandenken aan het regeeringsjubileum. Op de hoogte, maartnummer 1923, p. 62-63.
  2. Discipulus Apollinis, Jubileumkunst. Op de hoogte, juninummer 1923, p. 149-152.
  3. Discipulus Apollinis, Jubileumkunst. Op de hoogte, augustusnummer 1923, p. 102-104.
  4. W.K.F. Zwierzina, Gedenkpenningen betreffende het Koninklijk Gezin, 1901-1926, Het Zilveren Getij. Gedenkboek uitgegeven bij het 25-jarig huwelijk van H.M. de Koningin, Amsterdam 1926, p. 273-275.
  5. Amersfoortsch Dagblad/De Eemlander, 26 januari, 10 en 24 februari en 18 juli 1923
  6. Het Vaderland, 30 januari en 18 juli 1923
  7. Nieuwe Rotterdamsche Courant, 30 januari en 18 juni 1923
  8. De Standaard, 3 en 9 februari 1923
  9. Het Nieuws van den Dag, 6 februari 1923
  10. Winschoter Courant, 6 februari en 8 september 1923
  11. De Amsterdammer, 7 februari 1923
  12. Haagsche Courant, 7 februari 1923
  13. Rotterdamsch Nieuwsblad, 7 februari en 26 juni 1923
  14. De Zeeuw, 8 februari 1923
  15. Delftsche Courant, 8 februari 1923
  16. Goessche Courant, 8 februari 1923
  17. Nieuwe Haarlemsche Courant, 8 februari 1923
  18. Bredasche Courant, 8 en 24 februari en 18 juli 1923
  19. Overijsselsch Dagblad, 8 februari en 11 juli 1923
  20. De Standaard, 9 februari 1923
  21. Dragster Courant, 9 februari 1923
  22. Provinciale Noordbrabantsche en ’s-Hertogenbosche Courant, 9 februari 1923
  23. Zutphensche Courant, 9 februari 1923
  24. De Tijd, 10 februari 1923
  25. Maassluische Courant, 10 februari 1923
  26. Nieuwe Zeeuwsche Courant, 10 februari 1923
  27. Westlandsche Courant, 10 februari 1923
  28. De Maasbode, 11 februari 1923
  29. Nieuwsblad van het Noorden, 12 februari 1923
  30. IJmuider Courant, 14 februari 1923
  31. Provinciale Drentsche en Asser Courant, 12 februari 1923
  32. De Nederlander, 12 en 15 februari 1923
  33. Nieuwe Vlaardingsche Courant, 13 februari en 24 juli 1923
  34. Arnhemsche Courant, 26 februari 1923
  35. Nieuwe Apeldoornsche Courant, 2 maart en 24 juli 1923
  36. Apeldoornsche Courant, 7 maart 1923
  37. De Preanger-Bode, 19 maart 1923
  38. Deli Courant, 24 maart 1923
  39. Onze Courant, 26 maart 1923
  40. Alkmaarsche Courant, 28 maart 1923
  41. De Zuid-Willemsvaart, 19 juni 1923
  42. Vlissingsche Courant, 20 juli 1923
  43. Het Huisgezin, 21 juli 1923
  44. Het Nieuws van den Dag voor Nederland, 31 juli 1923
  45. De volgende artikel is gevonden op — www.archieven.nl
  46. De Zeister Courant, 10 februari, 23 juni en 8 september 1923


Het volgende artikel is gevonden op — www.hetutrechtsarchief.nl

  1. Utrechtsch Nieuwsblad, 27 februari 1923