Uit de eigen collectie
R.P.M. Rhoen
De titel van het geselecteerde boek luidt ‘Goud Zilver Edelstenen’. Het boek is van de hand van ingenieur Johannes Hammes (1892-1962), bedrijfsingenieur bij Gerritsen & Van Kempen. De titel en de naam van de werkgever van de auteur verklaren alles.
Op verzoek van de Federatie Goud en Zilver - voorheen Federatie ter Behartiging van de Belangen van de Handel in Gouden en Zilveren Werken - nam Hammes het schrijven van een leerboek voor de zilver- en goudsmid en de juwelier in opleiding op zich. Voor de Tweede Wereldoorlog ontbrak het in dit vakgebied aan Nederlandse vakliteratuur.
In de inleiding schrijft het federatiebestuur: ‘De verbreiding van gedegen technische kennis onder de beoefenaars van het gehele vak werd echter in grote mate belemmerd door het geringe aantal dergenen, die in staat en bereid waren de door hen verworden kennis en ervaring door woord en geschrift uit te dragen.’
Het was geen toeval dat Hammes als auteur van het leerboek werd aangetrokken. De voorzitter van het federatiebestuur was A.E. van Kempen (1893-1970), directeur bij Gerritsen & Van Kempen. Hij wist dat Hammes al meerdere publicaties op het gebied van techniek had uitgebracht.
Sinds 1921 verschenen door Hammes geschreven boekjes in de serie ‘Weten en kunnen’, populair wetenschappelijke uitgaven voor de grote massa uitgegeven tussen 1911-1936:
Van meerdere van die boekjes verschenen herdrukken. Soms wel vijf.
De NCRV had in haar radioprogramma van 4 december 1939 tot en met 10 januari 1940 op radio 1 een causerie over koperzagen. Het programma werd ’s morgens om 7.30 uur of 7.45 uur uitgezonden. Op 6 januari 1940 zat Hammes in dat programma, dat toen een halfuur duurde. Het werd aangekondigd met ‘Komt den soldaat verveling plagen, hij vulle zijn tijd met koperzagen’.
Een zekere landelijke naamsbekendheid bezat hij dus al.
Met veel ambitie en kundigheid schreef Hammes dit boek. Een vijftiental deskundigen voorzag hem van advies. Het werd een omvangrijk werk met 602 pagina’s. Met recht een kloek boek. Het bevat ongeveer tweehonderd foto’s, 240 tekeningen en zes vierkleurendrukplaten. Bewust had hij hiervoor gekozen. In het voorwoord van oktober 1943 schrijft hij: ‘Aangezien ik uit ervaring weet, dat een tekening of foto dikwijls meer verhelderend werkt dan lange betogen, heb ik het werk voorzien van een groot aantal illustraties.’
In 1944 kwam het in linnen gebonden boek op de markt. Binnen enkele maanden was het uitverkocht. Een duidelijk bewijs dat er een grote behoefte aan een vakboek voor de goud- en zilverindustrie bestond. Daarom verscheen er in 1946 een tweede druk.
Geheel ongewijzigd was die druk niet. De tekeningen bij hoofdstuk 43 ‘De vervaardiging en het zetten van juwelen sieraden’, p. 357-369, die J.B. Citroen (1891-1970) als gevolg van de oorlogs-omstandigheden slechts in ruwe schetsvorm kon inleveren, waren voor de tweede druk door hem verbeterd.
Van de eerste druk verscheen er in een beperkte oplage van 180 exemplaren zelfs een luxe uitgave met perkamenten rug, gebonden en op zwaar kunstdrukpapier gedrukt. Kostte het boek met linnen band ƒ 27,50, de luxe uitgave ƒ 50. En dat in het oorlogsjaar 1944.
Voor dit uitgebreid handboek - zijn magnum opus - werd Hammes onderscheiden met de zilveren erepenning van de Federatie Goud en Zilver.
De stichting bezit zowel de eerste als de tweede druk van dit boek.