Het kleurrijke Sola Bistro bestek

Uit eigen collectie

R.P.M. Rhoen

Niet alleen hippe vogels zijn enthousiast over de fonkelende kleuren oranje, groen, donkerbruin of geel. Sola Bistro-bestek blijkt op alle tafels thuis! Oersterk, levenslang gegarandeerd en verrukkelijk laag geprijsd. Sierlijk en solide vakwerk van Sola.


Een bistro

De benaming Bistro bestek vraagt om een korte verklaring. In Frankrijk is een bistro de benaming voor zowel een café als een eethuis. In het Nederlands is het een eenvoudige eetgelegenheid.

Floris Flaneur - pseudoniem van Eduard Elias (1900-1967) waaronder hij in het Utrechts Nieuwsblad van 1956 tot 1964 de column Luchtige Luimen schreef - zei in zijn column van 4 augustus 1960: ‘In Nederland prefereer ik het kleine buurtcafé, in Frankrijk de bistro, in Engeland de pub’.

Toen hij dat schreef, kende Nederland nog geen bistro. De eerste bistro werd op 14 december 1961 in Utrecht in de Drieharingstraat op nummer 6 geopend onder de naam BISTRO CHEZ- FRANÇOIS. De zaak was eigendom van de horecaondernemer Antoine Fagel (1904-1964). Hij bouwde een café om tot een eetgelegenheid. De naam FRANÇOIS ontleende de bistro aan zijn zoon Frans Fagel (1936-2005), de uitbater van het restaurant.

Frans Fagel in het Utrechtsch Nieuwsblad in 1965: ‘Een bistro is eigenlijk een eethuisje van 5 tot 10 tafeltjes, eenvoudig van inrichting, vaak zand op de vloer, waar de patron of patronne zelf bedient of kookt. (…) naam zouden we eigenlijk niet meer moeten voeren, maar hij is zo ingeburgerd, dat we hem maar gehouden hebben’.

De bistro-formule kreeg veel navolging. Culinair journaliste Wina Born (1920-2001) merkte daarover in 1969 op: ‘De horeca moet het de mensen vooral gezellig maken, eenvoudiger, zonder al die vermeende deftigheid. Die bistrootjes, die nu uit de grond schieten, hebben het meestal ook niet.

Een levensstijl

Bistro werd een levensstijl voor de babyboomers (geboren tussen 1945-1955), opgegroeid in de wederopbouwtijd en welvaartsstijging. Zij verlieten eind 60’er jaren hun ouderlijk huis. Zij gingen op kamers of samenwonen of trouwen. Zij zochten een eigen identiteit in leefwijze en woninginrichting.

Het best wordt de bistro-mode geïllustreerd met een advertentie van het warenhuis De Bijenkorf uit 1972: ‘Eén van de leukste plekjes om een bistro te beginnen: uw eigen keuken. Kamertje extra, zogezegd. Waar je samen voor het eten een drankje drinkt. En na het eten doorkletst, terwijl het koffiewater opstaat.

Voor de inrichting van de eigen bistro waren bij De Bijenkorf ‘gezellige dingen’ te koop, zoals: blank bistro aanrecht, bistro buffet, bruin bistro klapstoel met latjes zitting, bistro krukje zonder leuning, authentieke bistro stoel met biezen zitting, bistro tafel op schragen, bistro barstoel met biezenzitting, bistro glazen, ovenvast bistro aardewerk, bistro bestek met breed houten handvat, bistro aardewerk van het Franse platteland: kandelaars, olijfpot, soepterrine, platte borden, ontbijtborden, diepe borden, casseroles, marmites, soepkoppen, eierdopjes, bistro braadpot voor vis en bistro braadpot voor bijvoorbeeld kip. Het woord bistro moest er per se in!

Bistro-stijl was een breed begrip. Blokker adverteerde in 1974 met een vierdelige pannenset in bistro-stijl: wit geëmailleerde pannen met bandpatroon in zwart en oranje en zwarte koelstof grepen. En het warenhuis Vroom & Dreesmann in 1975 met ovenvaste aardwerk steelcasseroles in bistro-stijl in drie afmetingen en in twee uitvoeringen. Bistro was tot eind 70’er jaren een modewoord.

Babyboomers willen kleur

Begrijpelijk dat de Sola inspeelde op de bistro-trend. In het najaar 1973 kwam zij met een bistro bestekserie in een combinatie van zilverwit edelstaal Sola Elite en nylon heften in de kleuren oranje, groen, donkerbruin en okergeel. Het bestek paste goed bij modern serviesgoed.

Aan de vier genoemde in de 70’er jaren trendy kleuren werden nog de kleuren blauw en olijfgroen toegevoegd. Het bestek was geschikt voor de vaatwasser. Zeker voor de jongere generatie van belang.

De Sola adverteerde: ‘Ware zegetocht! Niet alleen hippe vogels zijn enthousiast over de fonkelende kleuren oranje, groen, donkerbruin of geel. Sola Bistro-bestek blijkt op alle tafels thuis! Oersterk, levenslang gegarandeerd en verrukkelijk laag geprijsd. Sierlijk en solide vakwerk van Sola’.

Een andere advertentie luidde: ‘Een progressief bestekmodel voor mensen met een eigentijdse smaak’.

Opmerkelijk is hetgeen directeur A. Gerritsen in zijn circulaire van 20 juli 1973 ‘Aan alle detaillisten welke ons merk nog niet in hun collectie hebben opgenomen’, zegt over het bistro-bestek: ‘Ik kan me voorstellen dat deze modellen uw smaak niet zijn. Ik prefereer persoonlijk ook de conventionele modellen, maar we moeten ons ook richten naar de smaak van de jeugd’. Hij spreekt in het meervoud, omdat er ook een zeer progressief model van de Franse ontwerper Jean de Luce op de markt was gebracht.

De verkoop verliep niet alleen via de detailhandel, maar werd door de tijdschriftenbranche benut om nieuwe abonnees te werven. Het tijdschrift Vorsten gaf voor het aanbrengen van twee nieuwe abonnees als geschenk een couvert bestaande uit lepel, vork en mes en het weekblad Margriet gaf een maatlepel met inscriptie cadeau.

Verkrijgbaar waren:
• Tafellepel
• Tafelvork
• Tafelmes
• Cocktaillepel
• Groentelepel
• Aardappellepel
• Saladecouvert
• Sauslepel
• Voorsnijcouvert
– Vleesmes
– Vleesvork
• Broodzaag
• Kaasrasp
• Kaasschaaf
• Maatlepel
• Fonduesauslepel
• Fonduesausbakje-pannetje
• Fonduevork
• Keukengarnituur
– Schuimspaan
– Juslepel
– Bakspaan
– Braadvork
– Soeplepel

In alle heften zat aan het boveneind een opening, waardoor het bestek aan de haakjes van het meegeleverde berkenhouten rek kon worden opgehangen. Dat moest voor een gezellige en kleurige noot in de keuken zorgen.

In de collectie van De ZilverKamer Zeist zitten delen van het bistro bestek. Deze serie is niet compleet. Het is ook niet het beleid om series compleet te krijgen. Belangrijker is dat in de collectie het bistro bestek aanwezig is. Uiteraard zijn aanvullingen om te completeren altijd welkom.

De collectie bestaat thans (december 2022) uit:
• Tafellepels: oranje 4 stuks; groen 3 stuks; olijfgroen 2 stuks; okergeel 1 stuk | 19 cm
• Tafelvorken: oranje 3 stuks; olijfgroen 1 stuk; donkerbruin 2 stuks | 18 ½ cm
• Tafelmessen: oranje 2 stuks; olijfgroen 2 stuks; donkerbruin 3 stuks | 20 cm
• Cocktaillepels: oranje 3 stuks; groen 3 stuks; olijfgroen 1 stuk; donkerbruin 1 stuk | 18 cm
• Aardappellepel: oranje 1 stuk | 20½ cm
• Sauslepel: blauw 1 stuk | 19 cm
• Kaasrasp: olijfgroen 1 stuk | 19 cm
• Kaasschaaf: olijfgroen 1 stuk | 22 cm
• Maatlepels: olijfgroen 3 stuks | 19½ cm
• Fonduesauslepels: oranje 1 stuk; groen 1 stuk; blauw 1 stuk | 17 cm
• Fonduevorken: oranje stuks | 26 cm
• Schuimspaan: oranje 1 stuk | 34 cm
• Juslepel: oranje 1 stuk | 24 cm
• Bakspaan: oranje 1 stuk; donkerbruin 1 stuk | 34 cm
• Braadvork: oranje 2 stuks; donkerbruin 1 stuk | 28 cm
• Soeplepel: oranje 1 stuk | 31 cm